Boerenkool met worst
Ingrediënten:
krop boerenkool | 1 |
uien | 150 g |
olie | Een beetje |
groentebouillon | 1 l |
laurierblad | 1 |
kruidnagels | 2 |
pimentkorrels | 5 |
Casselerrib | 500 g |
wortelen | 250 g |
aardappelen | 400 g |
rookworsten | 6 |
Zout | |
Peper |
Bereiding
Voor vier personen:
- Was de boerenkool en snijd de stelen eraf.
- Snijd de dikke bladnerven van de afzonderlijke bladeren, zodat u ca. 500 g boerenkool overhoudt.
- Snijd de bladeren in reepjes en blancheer ze snel en gelijkmatig in kokend gezouten water.
- Haal ze er vervolgens uit en dompel ze onder in ijswater, laat ze vervolgens uitlekken.
- Pel en halveer 150 g uien, snijd ze vervolgens in dunne plakjes. Bak de uien aan in een verwarmde pan met een beetje olie.
- Breng 1 l groentebouillon aan de kook met 1 laurierblad, 2 kruidnagels en 5 pimentkorrels.
- Voeg 500 g Casselerrib en de boerenkool toe. Breng opnieuw aan de kook, dek af en laat ca. 1 uur zachtjes koken.
- Schil intussen 250 g wortelen en 400 g aardappelen. Snijd de wortelen in dunne plakjes en de aardappelen in blokjes van ca. 2 cm.
- Voeg na ca. 25 minuten kooktijd de wortelen, aardappelen en 6 worsten mettwursten toe.
- Verwijder vervolgens de Casselerrib en de mettwursten en snijd ze in kleine stukjes. Voeg beide weer aan de soep toe.
- Breng op smaak met zout en peper, dien op en serveer.
- Samen met een koude Jever. Bon appétit!